Het Land van Heusden en Altena
Albert Folkerts - 2013
In het noorden van Brabant ligt de historische landstreek het Land van Heusden en Altena. Het heden en verleden van deze streek wordt bepaald door de strijd tegen, en het leven met water. Een eeuwenoud rivierenlandschap, met dijken, polders, molens en fraaie dorpen met karakteristieke boerderijen.
We schrijven 1421 in de nacht van 19 op 20 november. Een grote overstroming maakte toen een einde aan het bestaan van de Groote of Hollandsche Waard, het rijke achterland van Dordrecht, toen de grootste stad van Holland. Veel Dordtenaren en andere rijke streekgenoten verlieten het verdronken land en trokken naar andere Hollandse steden. Het ondergelopen westelijke deel van de waard kreeg de naam Biesbosch. Het Biesboschmuseum aan de Werkendamsche kant van de Nieuwe Merwede en het Dordtsche Biesboschcentrum houden de herinnering levend aan het leven in wat nu een prachtig nationaal park is.
Fort Altena, pal aan de A27, is een prima vertrekpunt. Dit fort, nu in gebruik voor horeca, is een van oorsprong militair bouwwerk met een rijke historie. De HollandseWaterlinie komt er tot leven. Op de fiets over dijken en langs molens naar het pittoreske dorpje Almkerk waar we prachtige panden en de motte (kasteelheuvel) van de eens zo machtige heren van Altena bekijken. Op weg naar kasteel Dussen passeren we karakteristieke voormalige buurtschappen waar kronkelende riviertjes het landschap een idyllische aanblik geven. We vervolgen onze fietstocht langs de Bergsche Maas, geen rivier, maar een lang en breed kanaal, totwe via de jongste dorpjes in het Land van Altena, Hank en Nieuwendijk, aankomen bij de Papsluis, een vroeg voorbeeld van het zeldzame waaiersluistype, en Fort Bakkerskil. Ook een fort dat net zoals Fort Altena is gebouwd als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.
Het Land van Heusden en Altena ligt boven in Noord Brabant en wordt rondom begrensd door water. In het noorden wordt het gebied begrensd door de Merwede, in het oosten ligt de Afgedamde Maas, de Biesbosch vinden we in het westen en de Bergsche Maar in het zuiden.
Het ooit zo geïsoleerde Land van Heusden en Altena is de bakermat van het oer-Hollandse groente- en fruitverwerkende bedrijf Hak. De bietjes en worteltjes die hier groeien komt u later achter glas tegen in de supermarkt. De ontsluiting van de streek kwam na de aanleg van de A27 en de brug bij Gorinchem. Akkerbouw is nog steeds de belangrijkste bestaansbron, maar steeds meer mensen forenzen naar de steden rondom, hier is het nog landelijk gebleven.
Woudrichem is de enige plaats in de streek met een stedelijke allure. De middeleeuwse stad is helemaal omringd met vestingwerken. Het ontstaan is te danken aan een marktplaats op een rivierduin waar langzamerhand meer permanente bewoning verscheen. Het strategisch belang aan de Maas, de Waal en de Merwede zorgde al gauw voor de bouw van muren en het verlenen van stadsrechten. Op de andere over verscheen het Hollandse Gorinchem, ook een mooie vestingstad en de Geldersen bouwden kasteel Loevestein, of beter, ze namen het over. Toen de marktfunctie van Woudrichem niet meer groeide legde men zich meer en meer toe op de visvangst. Het stadswapen vertoont twee zalmen, nu een luxe delicatesse, toen gewoon een vis die voor de stadspoorten gevangen kon worden. In de jaren vijftig van de vorige eeuw was het gedaan met de visvangst. Nu is er een Visserijmuseum gevestigd in het oude arsenaal van de stad. En er is uiteraard een jaarlijkse visbakwedstrijd tijdens de Visserijdagen, want het (water)toerisme wordt sedert de jaren zeventig behoorlijk gestimuleerd in deze regio.
Een praatje met Philip Vink mag u niet missen is. Het is de bontbaas op het voetveer van Woudrichem naar Loevestein. Hij weet alles over “Woerkum” en de “Woerkummers” in een smeuïg plaatselijk dialect (pardon, streektaal). Kijk maar naar het bordje bij het veer, dat meldt “Heen motte betalen en weer weer”. Die paar dubbeltjes en kwartjes moeten u er niet van weerhouden om Loevestein zelf te bezoeken. In een bezoekerscentrum wordt uitgebreid uitleg gedaan over de geschiedenis inclusief historische voorwerpen en foto’s en mannen die doen alsof ze morgen tegen Napoleon en de Spaanse furie moeten vechten met oude musketten en dergelijke. In het kasteel zelf is ook een andere wind gaan waaien. Geen gids meer met saaie jaartallen, maar zelf ontdekken en praten met de vrijwilligers. Voel je even Rutger Hauer als Floris uit de bekende tv-serie in de gangen en zalen van het kasteel. De aanwezige helmen en wapenrustingen zijn niet van orcs maar replica’s van originele Middeleeuwse exemplaren uit musea.
Oude reisgidsen werken nog heel goed in het land van Heusden en Altena, net zoals de nieuwe app van ACSI. Nooit meer naar een camping zoeken via de optie ‘Zoek campings in de buurt’ op de smartfone.