Volop afwisseling langs nog geen zeventig kilometer kuststrook - Door Annemarie Snels-Buijk - Foto’s Koen en Annemarie Snels-Buijk - mei 2010
De Belgische kust is nog geen zeventig kilometer lang. Toch biedt de streek voldoende afwisseling om er enkele weken leuk te kamperen. Ook bij slecht(er) weer is er voor het hele gezin wat te doen. Wandelend, fietsend, met de auto of per kusttram bereik je elke dag weer een van de vele verrassingen die de Belgische kust vakantiegangers te bieden heeft: lekker breed zandstrand, wandel- en winkelpromenades, nostalgische kastelen, natuurreservaten, kindvriendelijke musea en veelzijdige thema- en pretparken.
Aan gezellige badplaatsen geen gebrek langs de Belgische Noordzeekust. Knokke-Heist, Zeebrugge, Blankenberge, De Haan, Bredene, Oostende, Middelkerke –Westende, Nieuwpoort, Koksijde-Oostduinkerke en De Panne Strand bieden elk op hun manier (strand)vertier. De brede zandstranden nodigen bij goed weer uit tot een relaxte dag zonnebaden. Gelukkig zijn de stranden breed, want er staan vaak erg veel strandhuisjes op het eerste gedeelte tussen promenade en Noordzee. De kuststrook is grotendeels bebouwd met snackcorners, restaurants, hotels en (vakantie)appartementen. Maar een wandeling door open duingebied is gelukkig nog steeds mogelijk.
Strandreplica
Wij strijken neer in het plaatsje Jabbeke, strategisch gelegen tussen Oostende, Koningin der Badsteden, en Brugge, het Venetië van het noorden. We hoeven slechts dertien kilometer te rijden naar het strand van De Haan. Helemaal mooi is dat we eigenlijk niet eens per se naar het echte strand hoeven om ons aan zee te wanen. Onze camping heet Klein Strand en biedt een strandreplica aan een zwemmeer. Schoon zand, langzaam aflopend water (een veilig gevoel met kleine kinderen), waterskimogelijkheden en op mooie dagen rijkelijk bezocht door lokalen en regionalen. Een heerlijke ontmoetingsplek met de plaatselijke cultuur.
Sea-Life
Maar de streek biedt zoveel meer dan alleen water en zand. In Blankenberge vermaken we ons een groot deel van de dag in Sea-Life. De route van dit themapark voert langs zoetwater, Amazone, Noordzee, koraalrif, krabbeneiland en haaientunnel en toont onder ander prachtig gekleurde exotische vissen, garnalen, pinguïns, otters, spinkrabben, roggen, zeeschildpadden, haaien en andere zeebewoners. Hoogtepunten zijn de educatieve informatiesessies over roggen, zeehonden en pinguïns die verspreid over de dag plaatsvinden. Kinderen kunnen zich tussen het bekijken van al dat 'onderwatermoois' door vermaken in de speeltuin. Sea-Life herbergt ook een Zeehonden Academie. Hier worden zeehonden opgevangen.
Serpentarium
In hetzelfde Blankenberge bevindt zich ook het Serpentarium. Vele malen kleiner van opzet dan het internationale Sea-Life, maar zeker niet minder indrukwekkend en interessant. Deze reptielenzoo is mooi ingericht met druipsteengrotten, rotsen en planten. Jas uit als je binnenkomt, het is er warm! Het Serpentarium toont allerhande reptielen, vissen en spinnen. Een indrukwekkend en kleurrijk geheel.
Kastelenroute per fiets
De Belgische kust leent zich uitstekend voor lange en korte fietsroutes. Een aantal campings in deze streek zijn speciaal ingericht voor fietskampeerders. Wij kiezen voor de kastelenroute door het Brugse Ommeland. De route van 47 kilometer loopt van St. Michiels (net onder Brugge) langs Loppem, Pierlapont, Ruddervoorde, Baliebrugge, Litterveld en Zedelgem terug naar St. Michiels. Her en der verspreid bevindt zich een flink aantal kastelen, overigens vaak nog privébezit, dus ontoegankelijk. De gevels van de kastelen, kerken en kapellen en de natuurrijke gebieden waarin ze zijn gelokaliseerd, zijn echter al een lust voor het oog. De route leidt bovendien langs voldoende mogelijkheden om te genieten van een heerlijk Belgisch biertje en een versnapering.
Waterslot Wijnendale
Kasteel Wijnendale in Torhout mag niet op uw bestemmingenlijstje ontbreken. De rechtervleugel van dit kasteel wordt bewoond, de linkervleugel herbergt een interactieve tentoonstelling over de rijke geschiedenis van dit waterslot. Eerst krijgen we een film te zien met de hoogte- en dieptepunten van het kasteel. Vervolgens kunnen we op eigen gelegenheid de multimediale tentoonstelling volgen. Hiervoor krijgen we zakcomputers mee. Bij elke levensgrote afbeelding en elk voorwerp staat een nummer. Toets je dit nummer in op de zakcomputer, dan krijg je de uitleg te horen. Ook zijn er interviews te beluisteren en komen we meer te weten via aanraakschermen. Zo kan ieder op z’n eigen tempo de informatie tot zich nemen. Bijzonder is dat de tentoonstelling begint met informatie over de huidige kasteelheer, Mathieu de Wynendaele. Hij is de vijfde generatie van zijn familie die het kasteel bewoont. Het museum gaat van daar uit terug in de tijd via Leopold III, Maria van Bourgondië, Gwijde van Namen tot Robrecht de Fries, graaf van Vlaanderen. Hij was het die aan het einde van de elfde eeuw de oorspronkelijke burcht heeft opgericht. Daarvan is vandaag de dag weinig meer over. Wegens belegeringen, oorlogen en branden is het kasteel in de loop der eeuwen verschillende keren heropgebouwd. Kasteel Wijnendale speelt een rol op een aantal cruciale historische momenten. Zo was het kasteel op 25 mei 1940 de locatie van het gesprek tussen de Belgische koning Leopold III en vier leden van zijn regering over het wel of niet vluchten van de koning en zijn ministers naar het buitenland om daar de strijd tegen Nazi-Duitsland voort te zetten. Leopold III wilde als opperbevelhebber van het leger bij zijn troepen blijven en zich krijgsgevangen laten nemen. Dit conflict leidde na de oorlog tot de zogenaamde Koningskwestie. Alle historische gegevens worden op een treffende manier getoond. Een indrukwekkende tentoonstelling. Ook kinderen vermaken zich prima in kasteel Wijnendale. Ze kunnen met het kasteelspookje Robbie meedoen aan een avonturenparcours en een leuke verrassing verdienen.
Wijnendalebos
Een klein eindje lopen van het kasteel ligt het Wijnendalebos. De geschiedenis van dit bos is onlosmakelijk verbonden met het kasteel. Oorspronkelijk deed het vooral dienst als jacht- en buitenverblijf voor de kasteelbewoners. Tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikten de Duitsers het bos als munitieopslagplaats. Na de oorlog kwam het beheer van het Wijnendalebos in het teken van houtproductie te staan. Ook werden er uitheemse boomsoorten geplant. Sinds 1983 is het bos eigendom van het Vlaams Gewest. Momenteel bestaat het bos hoofdzakelijk uit eiken-beukenbossen en elzen-essenbossen. Er staan meer dan vijfhonderd soorten paddenstoelen. Ook vele diersoorten voelen zich thuis in het Wijnendalebos. Het bos is goed voor een prettige en informatieve wandeling en is voor een deel ook toegankelijk voor rolstoelgebruikers. Bij goed weer is de picknickplaats een aanrader, net als de speelzone voor kinderen.
Frietmuseum in Brugge
Zongaranties geeft de Belgische kust uiteraard niet. Maar ook bij minder weer is er genoeg te doen. Wij kozen voor een dagje Brugge. Hoofdreden: een bezoek aan het frietmuseum aan de Vlamingstraat. België en friet zijn immers onlosmakelijk met elkaar verbonden. Om hoge parkeerkosten in het stadscentrum te voorkomen, hebben we onze auto in de parkeergarage bij het treinstation gezet. Op vertoon van het parkeerticket reis je vervolgens gratis met de bus naar het stadscentrum en ook weer terug. Kosten: 2 euro (mei 2009).
Middeleeuwse sfeer
In de middeleeuwen was Brugge het belangrijkste handelscentrum van Noordwest-Europa. Het stadscentrum blijft die middeleeuwse sfeer tot op de dag van vandaag uitademen. De historische panden en kunstwerken zijn bewonderenswaardig mooi, zelfs voor hen die het niet zo op cultuurhistorische uitstapjes hebben. De kanalen die door Brugge lopen maken er een romantische stad van. En op haast iedere straathoek kun je genieten van chocolade. Dat kan slechter...
Geschiedenis van de aardappel
Achter de witte gevel van de 14e-eeuwse Saaihalle schuilt tienduizend jaar geschiedenis van de aardappel. Dit belangrijke onderdeel van de voedselketen heeft vanuit Peru zijn weg naar Europa gevonden. België is het geboorteland van de friet. Op zo'n vijftig panelen wordt het verrassende verhaal verteld, in hapklare brokken. En natuurlijk zijn er leuke items, zoals gereedschappen waarmee vroeger aardappelen werden geoogst, (strip)boeken en wandversieringen over friet, ouderwetse frituurpannen en een echte frietkar. Kinderen kunnen meedoen aan een stickergame rondom de avonturen van Jan Patat en Mieke Friet en daarmee een leuk aandenken aan het museum winnen. Maar misschien vormen de frietjes die de bezoekers kunnen verorberen in de middeleeuwse kelder van het museum nog wel het beste aandenken.
Overigens is het mogelijk om een aantrekkelijk geprijsde combikaart te kopen voor een bezoek aan het frietmuseum, het chocolademuseum en het lampenmuseum. De musea liggen op loopafstand van elkaar.
Plopsaland
Aan het eind van een afwisselende vakantie gaan we naar de zuidelijkste badplaats van de Belgische kust: De Panne. Het strand hebben we er niet gezien. Wij gingen naar Plopsaland. Het is geen goedkoop dagje uit, maar het prettige van dit pretpark is wel dat kinderen van alle leeftijden zich er prima vermaken. Toegang tot de attracties is afhankelijk van de lengte van de kinderen. En verder is het maar waar je van houdt. Er zijn ruim veertig attracties, waaronder supersnelle achtbanen, ronddraaiende koffiekopjes, live shows van bijvoorbeeld clown Bumba, wildwaterbanen en 'routes' per safariauto en tractor.
Kusttram
Hoe je makkelijk bij Plopsaland komt? Met de kusttram van De Lijn natuurlijk. Deze stopt naast de ingang. Tijdens onze vakantie hebben we meermalen dankbaar gebruik gemaakt van deze tram die rijdt tussen De Panne en Knokke. We zetten onze auto dan in de buurt van een tramhalte, kochten daar een vervoersbewijs en reden zo heel relaxed naar een volgende bezienswaardigheid langs de Belgische kust. Met bijna zeventig haltes benadrukt de kusttram ons beeld van de regio: afwisselend, vriendelijk en leuk voor het hele gezin!